Van: AD.nl
Binnen het provinciebestuur van Zuid-Holland willen vier partijen serieus kijken naar het plaatsen van windmolens op een grotere afstand van woningen dan nu gebeurt. Windpark Spui, waar niet alleen bewoners van Nieuw-Beijerland en Piershil last van hebben, maar ook bewoners in Spijkenisse, Hekelingen, Zuidland en Simonshaven, wordt als voorbeeld genoemd hoe het niet moet.
Theo Teitsma 06-01-21, 08:00
<tekst gaat verder onder de afbeelding>

Naast oppositiepartijen SP en Denk willen ook de coalitiefracties GroenLinks en ChristenUnie/SGP dat de huidige afstandsregels op de schop gaan. Ze hebben schriftelijke vragen gesteld aan gedeputeerde Berend Potjer (GroenLinks), met als doel om in de toekomst niet met dezelfde problemen te worden geconfronteerd als nu.
Nu wordt er steen en been geklaagd over de herrie van de vier megaturbines langs het Spui. Ook over de acht windmolens die Rotterdam langs het Hartelkanaal pal tegenover Geervliet en Heenvliet liet zetten, regent het klachten. Het aantal telefoontjes over die herrie was na 5,5 jaar al ruim 7000, waarna de DCMR Milieudienst Rijnmond halverwege 2019 besloot online geen nieuwe klachten meer over dit windpark Hartelbrug 2 te melden. Over windpark Spui werd in anderhalf jaar tijd ruim duizend keer geklaagd.
Twee kilometer
In beide gevallen is de korte afstand tot de woningen - de dichtstbijzijnde in Heenvliet is 350 meter en in Nieuw-Beijerland 600 meter - de voornaamste reden. De vier provinciale partijen willen van gedeputeerde Potjer weten hoe tegen een criterium aankijkt zoals in het Duitse Beieren geldt. Daar is in 2016 bepaald dat de afstand van de windmolens tot woningen minimaal tien maal de tiphoogte moet zijn, het hoogste wiekpunt van de turbine. De te hanteren afstand zou in het geval van beide windparken zo'n dikke twee kilometer moeten bedragen.
Jan de Rijke, die met de bewonersgroep Buren van Botlek strijdt tegen de windmolens in windpark Hartelbrug 2, zegt dat er bijna geen klachten uit Geervliet en Heenvliet zouden zijn geweest als deze afstandsregel hier zou zijn gehanteerd. ,,Nu hoor ik dat veel mensen die dichtbij de windmolens wonen inmiddels zijn verhuisd.”
CU/SGP, GroenLinks, SP en Denk willen dat serieus wordt gekeken naar de mogelijkheid om de windmolens in windpark Spui overdag wat harder te laten draaien en 's nachts zachter. Onder meer in het Utrechtse Houten gebeurt dat al op last van de rechter, nadat bewoners ook daar in de nacht horendol werden van de lawaaiklachten. In het geval van het windpark bij Nieuw-Beijerland bepaalde de provincie de exacte plek, omdat de gemeenteraad van het toenmalige Korendijk het niet eens kon worden over de locatie voor de windmolens. De provincie heeft hier volgens de vier partijen nu ook een extra verantwoordelijkheid.

Ze willen weten of het provinciebestuur wat heeft gedaan met gezondheidsklachten van bewoners; is er bijvoorbeeld al nader onderzoek gedaan? En worden gezondheidsonderzoeken in binnen- en buitenland in de gaten gehouden?
De vier fracties vinden dat de overheid ‘niet hoeft te wachten met maatregelen totdat onomstotelijk bewijs is geleverd van schadelijke effecten'. Liever voorkomen ze die op voorhand, houden ze Potjer voor.
De partijen willen weten of dit bij de bepaling van de plek van windpark Spui ook het uitgangspunt was. En als dat niet zo was, of dat bij toekomstige windparken wel gaat gebeuren. De komende jaren moeten namelijk nog enkele honderden windmolens in het Rijnmondgebied worden geplaatst om afspraken over schone energie met het rijk na te komen.